Om het avontuur op te zoeken, kun je de Mount Everest beklimmen, duiken tussen de reuzenmanta’s in Mozambique of orang-oetans zoeken op Borneo. Spannend, maar niet voor iedereen weggelegd. Maak kennis met micro-adventures: kleine avonturen waarvoor je niet veel spullen, tijd of geld nodig hebt, maar die je evengoed een ‘wauw-gevoel’ geven. Aan het woord is Bas Rotgans (46), freelance tekstschrijver, organisator van bikepacking-vakanties en meester der micro-avonturen.
Een micro-adventure, wat verstaan we daar precies onder?
‘We hebben het allemaal heel druk. Routine, rush, ratrace; je kent het wel. Eens in de zoveel tijd voel ik de drang om daaraan te ontsnappen. Liefst op een manier waarvoor ik niets meer nodig heb dan wat ik al in huis heb, zodat ik weg kan wanneer ik maar wil. Een soort minivakantie, waarbij ik relatief dicht bij huis blijf. Bij een micro-adventure gaat het er vooral om dat je even breekt met de waan van de dag. Hoe dat uitje gaat worden en hoe lang het duurt, bepaal je zelf. Je kunt een geweldig micro-adventure beleven door aan het eind van een werkdag de fiets te pakken naar het strand, in een slaapzak onder de sterren te overnachten en de volgende ochtend vanuit daar weer naar je werk te fietsen (een 5-to-9 micro-adventure). Maar je kunt er ook gerust een midweek of langer voor uittrekken.’
Klinkt goed! Noem eens wat voorbeelden?
‘Slapen op het strand bij de Kennemerduinen, fietsen van Haarlem naar Enschede, overnachten in een hooizolder op een Drentse boerderij, Schiermonnikoog te voet van west naar oost doorkruisen, of met een kano naar een onbewoond eiland, zoals Senneroog in het Lauwersmeer.
Ook populair: paalkamperen. Op zogeheten paalcampings mag je in een straal van 10 meter rondom een door Staatsbosbeheer aangewezen paal – vaak behoorlijk in the middle of nowhere – gratis kamperen. Maar ook een avond bij het kampvuur zitten met een paar biertjes of ’s morgens heel vroeg een meer of de zee in springen, telt wat mij betreft als een micro-adventure.’
Hoe ben jij erin gerold?
‘Als kind was ik een fanatiek padvinder; ik hield van kamperen en fikkies stoken, dat idee. Ik was gek op buitenspelen. Tel daarbij op dat ik uit een typisch jongensgezin kom (ik heb 3 broers en een zusje) en een deel van mijn jeugd in Zuid-Afrika heb doorbracht, waar we vrijwel elk weekend gingen kamperen.
Op mijn 25ste raakte ik verslingerd aan mountainbiken en langeafstandsfietsen en 6 jaar geleden fietste ik voor het eerst in 31 uur van Parijs naar Haarlem. De uitdaging om in zo kort mogelijke tijd een pittige afstand te overbruggen en daarbij zo min mogelijk mee te nemen, vond ik geweldig. Daar begon mijn liefde voor bikepacking, en vanuit daar mijn passie voor micro-adventures.’
"‘DOOR EVEN COMPLEET AAN DE WAAN VAN DE DAG TE ONTSNAPPEN, KUN JE WEER ÉCHT ONTSPANNEN"
Wat doet een micro-adventure met je?
‘Wat buiten zijn eigenlijk altijd met mensen doet: je lichaam en geest komen tot rust, de stress glijdt van je af, terwijl je tegelijkertijd liters energie bijtankt. Het is daarnaast de ultieme vervanging van de automatische piloot waarop je anders je dag of avond doorbrengt, hangend voor de tv, scrollend op je telefoon. Door even compleet aan de waan van de dag te ontsnappen, kun je weer écht ontspannen.’
"SOMS ZIT DE WAUW-FACTOR IN HET UITZICHT ALS JE 'S MORGENS IN ALLE VROEGTE JE TENT OPENRITST, MAAR MINSTENS ZO VAAK IN DE GESPREKKEN TIJDENS EEN WANDELING OF BIJ HET KAMPVUUR"
Waarin zit voor jou die wauw-factor?
‘Dat verschilt: soms zit dat in het uitzicht als ik ’s morgens in alle vroegte mijn tent openrits, maar minstens zo vaak haal ik het wauw-effect uit de gesprekken die ik bij het kampvuur heb. Voor mij is het vooral het feit dat ik iets doe wat ik normaal gesproken niet snel zou doen en gesprekken voer met mensen die ik anders niet snel zou tegenkomen.’
Even praktisch: wat neem je mee op zo’n micro-avontuur?
‘Het belangrijkste is kleding die je ’s nachts warm houdt. Want wie het koud heeft, heeft het sowieso niet naar z’n zin. Met een dikke trui (of 2) en warme sokken kom je al een heel eind. Ook onmisbaar: een slaapzak, fatsoenlijk matje en een tentje. Die hoeven echt geen godsvermogen te kosten. Duurdere spullen kun je vaak huren – fijn voor de beginnende micro-avonturier. Neem zeker een fles water, tandenborstel en bio-afbreekbare doekjes mee. In de zomer komen muggenspul en een tekentang van pas. Ik vertrek zelf nooit zonder een paar biertjes en een zak marshmallows.’
"WAAR MIJN DOCHTER THUIS ELK UUR VRAAGT OF ZE EEN SPELLETJE OP MIJN TELEFOON MAG SPELEN, VALT HET WOORD 'MOBIEL' TIJDENS ZO'N UITJE VRIJWEL NOOIT"
Hoe micro-avonturier je het liefst: alleen, met je dochter of met vrienden?
‘Het hangt ervan af wat ik wil bereiken. Als ik puur voor de ontspanning en het vakantiegevoel ga, vind ik het een feest om samen met mijn dochter Puk – die vaak een vriendinnetje meeneemt – of met vrienden te gaan. Voor kinderen is het geweldig: voor hen is vrijwel alles een avontuur.
Waar Puk thuis elk uur vraagt of ze een spelletje op mijn telefoon mag spelen, valt het woord ‘mobiel’ tijdens zo’n uitje vrijwel nooit. De gesprekken die we voeren tijdens het wandelen, zwemmen of voor de tent zijn geweldig. Ook met vrienden levert zo’n change of scenery vaak bijzondere momenten op. Maar als ik meters wil maken, ga ik het liefst alleen. Een afstand binnen een bepaalde tijd afleggen, doe ik nu eenmaal het best in mijn eentje.’
Wat was je tofste avontuur?
‘Het is niet echt een micro-adventure te noemen, maar afgelopen zomer heb ik de Silk Road Mountain Race gefietst, een bikepacking-race van 1700 kilometer dwars door Kirgizië. Je kreeg 15 dagen de tijd om te finishen; ik kwam na 11,5 dag over de eindstreep. Om dat even in perspectief te plaatsen: de winnaar was toen al 3 dagen binnen. Toch was ik trots op mijn 9de plek en vooral op de prestatie: zo ver uit mijn comfort zone was ik nog nooit gegaan.’
Welk micro-adventure in Nederland staat hoog op je to-dolijst?
‘Ik heb een keer een poging gedaan om vanaf het noordelijkste punt van Nederland naar het zuidelijkste punt te fietsen, maar strandde toen halverwege omdat het te koud was. Het is een zware route van 560 kilometer, die ik zeker nog een keer wil volbrengen. Binnen 48 uur, welteverstaan.’
Enkele jaren geleden verloor ze haar hart aan indoorklimmen, waarna het slechts een kwestie van tijd was voordat ze haar klimkunsten ook outdoors zou testen. Talloze klimvakanties volgden, onder meer in Griekenland, Roemenië, Bulgarije, Finland en Turkije. Ook maakte ze solowandeltochten door Nepal en Groenland. Eline: ‘Bij klimmen vind ik naast de fysieke en mentale uitdaging, het sociale aspect ervan leuk. Wandelen doe ik het liefst alleen; door in m’n eentje lange stukken te lopen, kom ik in een bijna meditatieve toestand.’
"JE DAGELIJKSE ROUTINE DOORBREKEN, AL IS HET MAAR VOOR HEEL EVEN, DOET WONDEREN"
Een paar jaar geleden ontdekte ze de micro-adventures. ‘Nederland is prachtig! Regelmatig trek ik om 5 uur de deur van kantoor achter me dicht en pak ik de trein naar Hollandsche Rading. Na een lange wandeling en een pannenkoek in Lage Vuursche, zet ik mijn tentje op in het bos. Als ik de volgende ochtend wakker word en voor de tent ontbijt, ben ik intens gelukkig. Daarna pak ik vanaf Hilversum de trein terug, en zit ik keurig om 9 uur weer achter mijn bureau. Een nachtje paalkamperen of slapen in de duinen: wat een feest, net als 2 dagen wandelen in Zuid-Limburg. Je dagelijkse routine doorbreken, al is het maar voor heel even, doet wonderen. Ik kan het iedereen aanbevelen!’
Ben jij op zoek naar nog meer inspiratie op het gebied van micro-adventure? Wildkamperen op een onbewoond eiland in Nederland is een perfect voorbeeld. En deze 10 tips zorgen sowieso voor een top micro-adventure. Of ga terug naar ons blog.
Dit artikel verscheen ook in de lente-editie '19 van ons outdoormagazine Buitentijd. Meer lezen? Pak 'm in een van onze winkels.
Tekst: Inge Abraham
Beeld: